Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


bijbels:nbg:tekst:efeze6

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Volgende revisie
Vorige revisie
bijbels:nbg:tekst:efeze6 [2024/08/03 14:59] – aangemaakt - Externe bewerking 127.0.0.1bijbels:nbg:tekst:efeze6 [2024/10/19 12:32] (huidige) pvi
Regel 2: Regel 2:
 ===== Efeze 6 ===== ===== Efeze 6 =====
  
-\\ [[efeze6-1 |1 ]] Kinderen, weest uw ouders gehoorzaam in de Here, want dat is recht. +\\ [[commentaar:efeze6-1 |1 ]] Kinderen, weest uw ouders gehoorzaam in de Here, want dat is recht. 
-\\ [[efeze6-2 |2 ]] Eer uw vader en uw moeder (dit is immers het eerste gebod, met een belofte) +\\ [[commentaar:efeze6-2 |2 ]] Eer uw vader en uw moeder (dit is immers het eerste gebod, met een belofte) 
-\\ [[efeze6-3 |3 ]] Opdat het u welga en gij lang leeft op aarde. +\\ [[commentaar:efeze6-3 |3 ]] Opdat het u welga en gij lang leeft op aarde. 
-\\ [[efeze6-4 |4 ]] En gij, Vaders, verbittert uw kinderen niet, maar voedt hen op in de tucht en in de terechtwijzing des Heren. +\\ [[commentaar:efeze6-4 |4 ]] En gij, Vaders, verbittert uw kinderen niet, maar voedt hen op in de tucht en in de terechtwijzing des Heren. 
-\\ [[efeze6-5 |5 ]] Slaven, weest uw heren naar het vlees gehoorzaam met vreze en beven, in eenvoud uws harten, als aan Christus, +\\ [[commentaar:efeze6-5 |5 ]] Slaven, weest uw heren naar het vlees gehoorzaam met vreze en beven, in eenvoud uws harten, als aan Christus, 
-\\ [[efeze6-6 |6 ]] Niet met ogendienst, als mensenbehagers, maar door als slaven van Christus de wil Gods van harte te doen, +\\ [[commentaar:efeze6-6 |6 ]] niet met ogendienst, als mensenbehagers, maar door als slaven van Christus de wil Gods van harte te doen, 
-\\ [[efeze6-7 |7 ]] En bereidwillig dienstbaar te zijn als aan de Here en niet aan mensen. +\\ [[commentaar:efeze6-7 |7 ]] en bereidwillig dienstbaar te zijn als aan de Here en niet aan mensen. 
-\\ [[efeze6-8 |8 ]] Gij weet immers, dat een ieder, hetzij slaaf, hetzij vrije, al het goede, dat hij gedaan heeft, van de Here zal terugontvangen. +\\ [[commentaar:efeze6-8 |8 ]] Gij weet immers, dat een ieder, hetzij slaaf, hetzij vrije, al het goede, dat hij gedaan heeft, van de Here zal terugontvangen. 
-\\ [[efeze6-9 |9 ]] En gij, heren, handelt evenzo jegens hen; laat het dreigen na. Gij weet immers, dat hun en uw Heer in de hemelen is, en bij Hem is geen aanzien des persoons+\\ [[commentaar:efeze6-9 |9 ]] En gij, heren, handelt evenzo jegens hen; laat het dreigen na. Gij weet immers, dat hun en uw Heer in de hemelen is, en bij Hem is geen aanzien des persoons.
-\\ [[efeze6-10 |10 ]] Voorts, weest krachtig in de Here en in de sterkte zijner macht.+
  
-  Krachtig = 1743 endynamóō van 1722 /en "in," dit intensiveerd 1412 /dynamóō,  +  De wapenrusting
-  "machtsvermogen delen" - op de juiste manier, om het vermogen te geven (in staat te maken); bevoegd.+
      
-  sterkte = 2904 krátos van een grondwoord dat 'perfectioneren, voltooien' betekent,  +[[commentaar:efeze6-10 |10 ]] Voortsweest krachtig in de Here en in de sterkte zijner macht
-  correctheerschappij, macht uitgeoefend. +\\ [[commentaar:efeze6-11 |11 ]] Doet de wapenrusting Gods aan, om te kunnen standhouden tegen de verleidingen des duivels; 
-   +\\ [[commentaar:efeze6-12 |12 ]] Want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten. 
-  macht = 2479 isxýs (van de stam is, "kracht" en 2192/exō, "hebben")  +\\ [[commentaar:efeze6-13 |13 ]] Neemt daarom de wapenrusting Gods, om weerstand te kunnen bieden in de boze dag en om, uw taak geheel vervuld hebbende, stand te houden. 
-  – juist, kracht om onmiddellijke weerstand te overwinnen+\\ [[commentaar:efeze6-14 |14 ]] Stelt u dan op, uw lendenen omgord met de waarheid, bekleed met het pantser der gerechtigheid, 
- +\\ [[commentaar:efeze6-15 |15 ]] de voeten geschoeid met de bereidvaardigheid van het evangelie des vredes; 
-[[efeze6-11 |11 ]] Doet de wapenrusting Gods aan, om te kunnen standhouden tegen de verleidingen des duivels; +\\ [[commentaar:efeze6-16 |16 ]] Neemt bij dit alles het schild des geloofs ter hand, waarmede gij al de brandende pijlen van de boze zult kunnen doven; 
- +\\ [[commentaar:efeze6-17 |17 ]] En neemt de helm des heils aan en het zwaard des Geestes, dat is het woord van God. 
-  wapenrusting = 3833 panoplía (van 3956 /pás, "elke" en 3696 /hóplon, "wapen")  +\\ [[commentaar:efeze6-18 |18 ]] En bidt daarbij met aanhoudend bidden en smeken bij elke gelegenheid in de Geest, daartoe wakende met alle volharding en smeking voor alle heiligen; 
-  - eigenlijk een complete set van defensieve en offensieve bepantsering (wapens),  +\\ [[commentaar:efeze6-19 |19 ]] Ook voor mij, dat mij bij het openen van mijn mond het woord geschonken worde, om vrijmoedig het geheimenis van het evangelie bekend te maken, 
-    d.w.z. alles wat nodig is om een succesvolle oorlogvoering te voeren;  +\\ [[commentaar:efeze6-20 |20 ]] waarvoor ik een gezant ben in ketenen. Dan zal ik daartoe vrijmoedig kunnen optreden, zoals ik behoor te spreken. 
-  - (figuurlijk) de volledige middelen die de Heer aan de gelovige geeft zodat ze met succes geestelijke strijd kunnen voeren.  +\\ [[commentaar:efeze6-21 |21 ]] Opdat ook gij van mij moogt weten, hoe het mij gaat, zal Tychikus, mijn geliefde broeder en getrouwe dienaar in de Here, u alles bekendmaken. 
-    Op deze manier vechten ze niet voor de overwinning – maar vanuit Zijn overwinning! +\\ [[commentaar:efeze6-22 |22 ]] Met dit doel heb ik hem tot u gezonden, dat gij onze omstandigheden zoudt weten en hij uw harten zou vertroosten. 
-     +\\ [[commentaar:efeze6-23 |23 ]] Vrede zij de broeders en liefde met geloof, van God, de Vader, en van de Here Jezus Christus. 
-  standhouden = 2476 histémi  +\\ [[commentaar:efeze6-24 |24 ]] De genade zij met allen, die onze Here Jezus Christus onvergankelijk liefhebben.
-  Ik laat staan, plaatsen, opzetten, vestigen, benoemen; ik plaats mezelf, sta, ik breng in balans, weeg +
-  ik sta, sta erbij, sta stil; ontmoet: ik sta klaar, sta stevig, ben standvastig. +
-   +
-  verleidingen = 3180 methodeía (de wortel van de term "methode")  +
-  - eigenlijk een voorspelbare (vooraf ingestelde) methode die wordt gebruikt bij georganiseerd kwaaddoen (goed gemaakt bedrog). +
-  [3180 (methodeía) komt van methodos, een "manier om naar iets te zoeken, een onderzoek; een methode, gekonkel, sluwheid +
-   +
-  duivel = 1228 diábolos (van 1225 /diabállō, "lasteren, beschuldigen, belasteren")  +
-  – eigenlijk een lasteraar; een valse aanklager;  +
-  onterecht bekritiseren om te kwetsen (kwaadaardig) en te veroordelen om een relatie te verbreken. +
-   +
-  1228 (diábolos) is de wortel van het Engelse woord "Devil" (zie ook Webster's Dictionary). +
-   +
-  1228 (diabolos) in seculier Grieks betekent "lasteraar", d.w.z. een aanklager, lasteraar (lasteraar).  +
-  1228 (diábolos) is letterlijk iemand die "doorgooit", d.w.z. aanvallen uitbrengen die neerhalen (vernietigen).  +
-  Satan wordt door God gebruikt in dit plan - als voorspelbaar opwindspeelgoed, dat zijn slechte aard uitspeelt. +
- +
-[[efeze6-12 |12 ]] Want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten. +
- +
-  worstelen = 3823 pálē – worstelen, een worstelpartij; vandaar: een strijd, strijd, conflict, wedstrijd. +
-   +
-  bloed = 129 haima - bloed (vooral als vergoten) +
-     +
-  vlees = 4561 sárksproperly, vlees ("vleselijk"), louter van menselijke oorsprong of empowerment. +
-   +
-  overheden = 746 arxḗ - vanaf het begin (tijdelijke zin), d.w.z. "het initiële (begin) punt";  +
-  (figuurlijk) wat eerst komt en daarom het belangrijkste is (vooral),  +
-  d.w.z. heeft de prioriteit omdat het voorloopt op de rest ("vooraanstaand"). +
-   +
-  machten = 1849 eksousía (van 1537 /ek, "uit", wat 1510 /eimí intensiveert, "zijn, zijnde als een recht of voorrecht")  +
-  - autoriteit(en), verleende macht; gedelegeerde machtiging ("autorisatie"), opererend in een aangewezen rechtsgebied. +
-   +
-  wereldbeheersers = 2888 kosmokrátōr (van 2889 /kósmos, "wereld" en 2902 /kratéō, "heersen")  +
-  – eigenlijk wereldheerser, verwijzend naar Satan (demonen) die de levens van wereldse mensen beïnvloeden  +
-  (alleen gebruikt in Ef 6:12). Satan is de overste van deze wereld. +
-   +
-  heerser van deze wereld, dat wil zeggen van de wereld die haar onafhankelijkheid van God bevestigt;  +
-  gebruikt van de engelachtige of demonische machten die de ondermaanse wereld beheersen. +
-   +
-  duisternis = 4655 skótos (een onzijdig zelfstandig naamwoord)  +
-  - eigenlijk, duisternis (onduidelijkheid); (figuurlijk) het principe van de zonde met zijn zekere gevolgen. +
-  - duisternis, fysiek of moreel. +
-   +
-  geesten boze = 4152 pneumatikós (een bijvoeglijk naamwoord, afgeleid van 4151 /pneúma, "geest")  +
-  - spiritueel; met betrekking tot het rijk van de geest, d.w.z. de onzichtbare sfeer +
-   +
-  4189 ponēría (van 4192 /pónos, "pijn, moeizame problemen") - behoorlijk, door pijn geteisterd kwaad,  +
-  afgeleid van 4192 (pónos) dat verwijst naar "pijn (puur en eenvoudig)"  +
-  - resulterend in "zwoegen, dan zwoegen, dwz 'slecht' zoals onze ... crimineel" (WP, 1, 325). Zie 4190 (ponēros). +
-   +
-  4190 ponērós (een bijvoeglijk naamwoord dat ook inhoudelijk wordt gebruikt,  +
-  afgeleid van 4192 /pónos, "pijn, moeizame problemen") – behoorlijk, door pijn geteisterd,  +
-  met de nadruk op de onvermijdelijke kwellingen (ellende) die altijd met het kwaad gepaard gaan. +
-   +
-  hemelse gewesten = 2032 epouránios (een bijvoeglijk naamwoord, afgeleid van 1909 /epí, "aan, passend",  +
-  dat 3772 /ouranós, "hemel" versterkt)  +
-  - eigenlijk hemels, verwijzend naar de impact van de invloed van de hemel op de specifieke situatie of persoon. +
-  [Het voorvoegsel (epi) laat zien dat dit altijd "past" - vanuit het standpunt van de hemel.] +
- +
-[[efeze6-13 |13 ]] Neemt daarom de wapenrusting Gods, om weerstand te kunnen bieden in de boze dag en om, uw taak geheel vervuld hebbende, stand te houden. +
- +
-  wapenrusting, zie boven +
-   +
-  weerstand = 436 anthístēmi (van 473 /antí, "tegenover/tegen" en 2476 /hístēmi, "staan")  +
-  - (correct) een volledig standpunt innemen tegen, d.w.z. een "180 graden, tegengestelde positie";  +
-  - (figuurlijk) om zijn positie publiekelijk vast te stellen door opvallend "vast te houden",  +
-    d.w.z. weigeren te worden verplaatst ("teruggeduwd"). +
-   +
-  436 /anthístēmi ("volledig tegenwerken") betekent met kracht iemands persoonlijke overtuiging uitspreken  +
-  (waar ze onwankelbaar staan); zijn bezit behouden; vurig doorstaan, zonder op te geven (los te laten). +
-   +
-  436 (anthístēmi) was een militaire term in het klassiek Grieks (gebruikt door Thucydides, enz.)  +
-  en betekent "sterk weerstand bieden aan een tegenstander" ("een krachtig standpunt innemen tegen"). +
-   +
-  boze dag = dag van de ponera (4190) +
-   +
-  taak = alle dingen gedaan te hebben  +
-  537 hápas (van 260 /háma, "allemaal samen" en 3956 /pás, "elk, elke")  +
-  - stuk voor stuk (als een uitgebreide eenheid), d.w.z. "elk en elk deel" die een complete eenheid vormen.  +
-  537 (hápas) richt zich op de afzonderlijke delen en hun totaliteit en dus "veegt met een bredere bezem" dan 3956 /pás ("elk, elke"). +
-   +
-  2716 katergázomai (van 2596 /katá, "naar beneden, precies volgens," intensivering 2038 /ergázomai, "werk, volbreng")  +
-  – letterlijk, "werk naar het eindpunt", dwz naar een exacte, definitieve conclusie  +
-  (let op het voorvoegsel, 2596 /katá); tot beslissende finaliteit brengen (eindconclusie). +
-   +
-  stand te houden = om staande te blijven +
-  2476 histémi; Ik laat staan, plaatsen, opzetten, vestigen, benoemen; ik plaats mezelf, sta, ik breng in balans, weeg +
-  ik sta, sta erbij, sta stil; ontmoet: ik sta klaar, sta stevig, ben standvastig. +
- +
-[[efeze6-14 |14 ]] Stelt u dan op, uw lendenen omgord met de waarheid, bekleed met het pantser der gerechtigheid, +
- +
-  stelt u dan op = zelfde als standhouden 2476 +
-   +
-  omgorden = 4024. perizónnumi +
-  ik omgord; Ik omgord mezelf, meestal voor actief werk of reizen. +
-   +
-  lendenen = 3751 osphýs - de heup (reproductieve gebied);  +
-  figuurlijk gebruikt in 1 Petr 1:13 van het "reproductieve" (scheppende) vermogen van de vernieuwde geest +
-   +
-  [3751 (osphýs) is "de zetel van generatieve kracht  +
-  "De lendenen slaan" verwees naar een fatale slag  +
-  - "voor altijd eindigend" alles wat zou voort kunnen komen van de gedoodde. +
-   +
-  waarheid = 225 alḗtheia (van 227 /alēthḗs, "feitelijk") - eigenlijk, waarheid (feitelijk), realiteit. +
-  In de oude Griekse cultuur was alḗtheia synoniem voor "realiteit" als het tegenovergestelde van illusie, d.w.z. feit. +
-   +
-  waarheid, maar niet alleen de waarheid zoals gesproken; waarheid van idee, realiteit, oprechtheid,  +
-  waarheid in de morele sfeer, goddelijke waarheid geopenbaard aan de mens, oprechtheid. +
-   +
-  bekleed met = 1746 enduo, kleden of bekleed worden met (in de zin van wegzakken in een kledingstuk) +
-  omkleden, kleden met, endue, aantrekken. +
-  Van en en duno (in de zin van wegzakken in een kledingstuk); investeren met kleding (letterlijk of figuurlijk)  +
-  - omkleden, kleden (met), begiftigen/schenken, hebben (aantrekken). +
-   +
-  pantser = 2382 thṓraks (de stam van de term "thorax") - eigenlijk een borstplaat ("maliënkolder")  +
-  die de borst beschermde en zich uitstrekte tot aan de heupen;  +
-  (figuurlijk) wat het hart beschermt (ons vermogen tot morele voorkeur). +
-   +
-  2382 /thṓraks ("borstschild van geloof-rechtvaardigheid") beschermt het hart en zijn emoties (verlangens)  +
-  als ze invloed hebben op onze beslissingen (resoluties, sympathie, enz.).  +
-  Zie 4102 /pistis ("de door de Heer geboren overreding"). +
-   +
-  Ef 6:14 verwijst naar "het borstharnas van gerechtigheid" (ton thōraka tēs dikaiosynēs) en  +
-  1 Thes. 5:8 naar "het borstharnas (2382 /thṓraks) van het geloof."  +
-  Dit geeft aan dat gerechtigheid het resultaat is van gehoorzaamheid aan het geloof dat God in het hart geboren laat worden +
-   +
-  gerechtigheid = 1343 dikaiosýnē (van 1349 /díkē, "een gerechtelijk vonnis")  +
-  - correct, rechterlijke goedkeuring (het vonnis van goedkeuring);  +
-  - in het NT de goedkeuring van God ("goddelijke goedkeuring"). +
-   +
-  1343 /dikaiosýnē ("goddelijke goedkeuring") is de reguliere NT-term die wordt gebruikt voor gerechtigheid  +
-  ("Gods rechterlijke goedkeuring").  +
-  1343 /dikaiosýnē ("de goedkeuring van God") verwijst naar wat goed wordt geacht door de Heer (na Zijn onderzoek),  +
-  d.w.z. wat in Zijn ogen is goedgekeurd. +
- +
-[[efeze6-15 |15 ]] De voeten geschoeid met de bereidvaardigheid van het evangelie des vredes; +
- +
-  schoeien = 5265 hupodeó (letterlijk: ik bind onder), ik zet mijn voeten op, ik ben geschoeid. +
-   +
-  bereidvaardigheid = 2091 hetoimasia; fundament, stevige basis; voorbereiding, gereedheid. +
-  Verwant: 2091 hetoimasía - voorbereiding. +
-   +
-  evangelie = 2098 euaggelion; +
-  het goede nieuws van de komst van de Messias, het evangelie;  +
-   +
-  Verwnat: 2098 euaggélion - het evangelie - letterlijk, "Gods goede nieuws."  +
-  Het evangelie (2098 /euaggelion) omvat de hele Bijbel, d.w.z. het is niet beperkt tot hoe iemand christen wordt. +
-   +
-  des vredes = 1515 eirḗnē (van eirō, "samenvoegen, samenbinden tot een geheel")  +
-  - goed, heelheid, d.w.z. wanneer alle essentiële onderdelen met elkaar zijn verbonden;  +
-  - vrede (Gods geschenk van heelheid). +
-  - komt overeen met het hebreeuwse woord shalom +
- +
-[[efeze6-16 |16 ]] Neemt bij dit alles het schild des geloofs ter hand, waarmede gij al de brandende pijlen van de boze zult kunnen doven; +
- +
-  schild = 2375 thyreós - eigenlijk een poort of deur (of "deurvormig");  +
-  gebruikt van het grote, langwerpige oude Romeinse schild (dat eruitzag als een volledige deur),  +
-  groot genoeg om volledige bescherming te bieden tegen aanvallen (alleen gebruikt in Ef 6:16). +
-   +
-  2375 /thyreós ("hele-lichaamsschild") verwijst naar Gods inwerking van geloof  +
-  - het schild van geloof dat de hele gelovige beschermt en hun hele persoon +
-    bedekt in geestelijke oorlogvoering. +
-   +
-  De Heer Zelf is ons schild (Ps 7:10,13; Zach 12:8) en biedt bescherming door Zijn gesproken woord (4487 /rhḗma)  +
-  van geloof in de gelovige geboren te doen worden.  +
-  Dit dooft (haalt het vuur uit) altijd de missalen van de vijand uit (vgl. Ro 10:17, Gk tekst). +
-  Missaal is boekje met de inhoud van de liturgie, waarin men de voortgang van de mis kan volgen.  +
-  Officieel liturgisch boek met alle vaste en wisselende lezingen en gebeden van het gehele kerkelijke jaar. +
-   +
-  des geloofs = 4102 pístis (van 3982/peithô, "overtuigen, overhalen")  +
-  - correct, overreding (overtuigd worden, tot vertrouwen komen); vertrouwen. +
-  Geloof (4102/pistis) is altijd een geschenk van God en nooit iets dat door mensen kan worden voortgebracht. +
-   +
-  brandende = 4448 puroó; Ik brand, ben in brand gestoken, ben ontstoken; gloeien van warmte, ben gezuiverd door vuur. +
-  Hier komt ons woord pyromaan vandaan. +
-   +
-  pijlen = 956 belos; een raket, dart, speer, pijl. +
-   +
-  boze = 4190 ponērós +
-   +
-  doven = 4570 sbennumi; blussen, onderdrukken, dwarsbomen. +
- +
-[[efeze6-17 |17 ]] En neemt de helm des heils aan en het zwaard des Geestes, dat is het woord van God. +
- +
-  neemt aan = 1209 déxomai - correct, op een gastvrije (ontvankelijke) manier ontvangen.  +
-  1209 (déxomai) wordt gebruikt voor mensen die God verwelkomen (Zijn aanbod),  +
-  zoals het ontvangen en delen in Zijn redding (1 Thes. 2:13) en gedachten (Ef 6:17). +
-   +
-  helm = 4030 perikephalaia; een verbinding van peri en kephale; omsingeling van het hoofd, een helm +
-  een helm: 1 Thessalonicenzen 5:8; τοῦ σωτηρίου (uit Jesaja 59:17), het laten vallen van de figuur,  +
-  de bescherming van de ziel die bestaat in (de hoop op) redding, Efeziërs 6:17. +
-   +
-  heils = 4992 sōtḗrion (een substantieel bijvoeglijk naamwoord afgeleid van 4990 /sōtḗr, "Redder")  +
-  - eigenlijk van redding ("toegepaste redding"), met de nadruk op de directe toepassing van Gods redding. +
-  – redding, d.w.z. Gods redding die gelovigen uit de vernietiging en in Zijn veiligheid verlost. +
-  – correct, buiten gevaar en in veiligheid afleveren; voornamelijk gebruikt om God gelovigen te redden  +
-    van de straf en de macht van de zonde en in Zijn voorzieningen (veiligheid). +
-   +
-  zwaard = 3162 máχaira – eigenlijk een slachtmes; een kort zwaard of dolk die voornamelijk wordt gebruikt om te steken;  +
-  (figuurlijk) een instrument om vergelding te eisen. +
-   +
-  des Geestes = 4151 pneúma; geest (geest), wind of adem.  +
-  De Hebreeuwse tegenhanger (rûach) heeft dezelfde betekenis als 4151 (pneúma),  +
-  d.w.z. het kan ook verwijzen naar geest/Geest, wind of adem. +
-   +
-  woord = 4487 rhḗma (van 4483 /rhéō, "spreken")  +
-  - een gesproken woord, gemaakt "door de levende stem" +
-  - 4487 /rhḗma ("gesproken woord") wordt vaak gebruikt in het NT (en in LXX) voor de Heer die Zijn dynamisch,  +
-    levend woord spreekt in een gelovige tot ingeboren geloof ("Zijn ingeprente overtuiging"). +
-   +
-  Ro 10:17: "Het geloof komt dus voort uit het (geestelijk) horen;  +
-  bovendien wordt dit horen (vervuld) door een rhēma-woord (4487 /rhḗma) van Christus" (Gk-tekst). +
-   +
-  Zie ook Gal 3:2,5 dat verwijst naar "het horen van het geloof" (Gk-tekst)  +
-  - d.w.z. een geestelijk horen dat samengaat met de goddelijke geboorte van het geloof. +
- +
-[[efeze6-18 |18 ]] En bidt daarbij met aanhoudend bidden en smeken bij elke gelegenheid in de Geest, daartoe wakende met alle volharding en smeking voor alle heiligen; +
- +
-  aanhouden =  +
-   +
-  bidden = 4335 proseuché; van 4314 /prós, "naar, uitwisseling" en 2171/euxe, "een wens, gebed")  +
-  - uitwisseling van wensen; gebed. +
-   +
-  smeken = 1162 déēsis; "in gebreke zijn, gebrek";  +
-  zie de verwante 1189 /déomai, "bidden voor een specifieke, gevoelde behoefte")  +
-  - oprechte petitie, voortkomend uit diepe persoonlijke behoefte (gevoel van gebrek, behoefte) +
-  1162 (déēsis) gaat uiteindelijk terug tot 1211 /dḗ ("echt"),  +
-  wat eveneens een gevoelde behoefte impliceert die persoonlijk en dringend is +
-   +
-  gelegenheid = 2540 kairós – tijd als kans.  +
-  2540 /kairós ("gelegen tijd") is afgeleid van kara ("hoofd")  +
-  en verwijst naar dingen die "tot een hoogtepunt komen" om ten volle te profiteren.  +
-  2540 (kairós) is "de geschikte tijd, het juiste moment, een gunstig moment" Hebr. Moadiem +
- +
-[[efeze6-19 |19 ]] Ook voor mij, dat mij bij het openen van mijn mond het woord geschonken worde, om vrijmoedig het geheimenis van het evangelie bekend te maken, +
-\\ [[efeze6-20 |20 ]] Waarvoor ik een gezant ben in ketenen. Dan zal ik daartoe vrijmoedig kunnen optreden, zoals ik behoor te spreken. +
-\\ [[efeze6-21 |21 ]] Opdat ook gij van mij moogt weten, hoe het mij gaat, zal Tychikus, mijn geliefde broeder en getrouwe dienaar in de Here, u alles bekendmaken. +
-\\ [[efeze6-22 |22 ]] Met dit doel heb ik hem tot u gezonden, dat gij onze omstandigheden zoudt weten en hij uw harten zou vertroosten. +
-\\ [[efeze6-23 |23 ]] Vrede zij de broeders en liefde met geloof, van God, de Vader, en van de Here Jezus Christus. +
-\\ [[efeze6-24 |24 ]] De genade zij met allen, die onze Here Jezus Christus onvergankelijk liefhebben.+
 ^ [[efeze5|vorig hoofdstuk]] ^ ^ [[efeze5|vorig hoofdstuk]] ^
  
bijbels/nbg/tekst/efeze6.1722689943.txt.gz · Laatst gewijzigd: door 127.0.0.1