^ [[sv|Terug naar Bijbel index]] ^ [[psalmen|Terug naar Boek index]] ^ ===== Psalmen 49 ===== \\ [[commentaar:psalmen49-1|1 ]] "Een psalm, voor den opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. " \\ [[commentaar:psalmen49-2|2 ]] "Hoort dit, alle gij volken! neemt ter ore, alle inwoners der wereld, " \\ [[commentaar:psalmen49-3|3 ]] "Zowel slechten als aanzienlijken, te zamen rijk en arm! " \\ [[commentaar:psalmen49-4|4 ]] "Mijn mond zal enkel wijsheid spreken, en de overdenking mijns harten zal vol verstand zijn. " \\ [[commentaar:psalmen49-5|5 ]] Ik zal mijn oor neigen tot een spreuk; ik zal mijn verborgene rede openen op de harp. \\ [[commentaar:psalmen49-6|6 ]] "Waarom zou ik vrezen in kwade dagen, als de ongerechtigen, die op de hielen zijn, mij omringen? " \\ [[commentaar:psalmen49-7|7 ]] "Aangaande degenen, die op hun goed vertrouwen; en op de veelheid huns rijkdoms roemen; " \\ [[commentaar:psalmen49-8|8 ]] Niemand van hen zal zijn broeder immermeer kunnen verlossen; hij zal Gode zijn rantsoen niet kunnen geven; \\ [[commentaar:psalmen49-9|9 ]] "(Want de verlossing hunner ziel is te kostelijk, en zal in eeuwigheid ophouden); " \\ [[commentaar:psalmen49-10|10 ]] "Dat hij ook voortaan geduriglijk zou leven, en de verderving niet zien. " \\ [[commentaar:psalmen49-11|11 ]] "Want hij ziet, dat de wijzen sterven, dat te zamen een dwaas en een onvernuftige omkomen, en hun goed anderen nalaten. " \\ [[commentaar:psalmen49-12|12 ]] "Hun binnenste gedachte is, dat hun huizen zullen zijn in eeuwigheid, hun woningen van geslacht tot geslacht; zij noemen de landen naar hun namen. " \\ [[commentaar:psalmen49-13|13 ]] "De mens nochtans, die in waarde is, blijft niet; hij wordt gelijk als de beesten, die vergaan. " \\ [[commentaar:psalmen49-14|14 ]] Deze hun weg is een dwaasheid van hen; nochtans hebben hun nakomelingen een welbehagen in hun woorden. Sela. \\ [[commentaar:psalmen49-15|15 ]] "Men zet hen als schapen in het graf, de dood zal hen afweiden; en de oprechten zullen over hen heersen in dien morgenstond; en het graf zal hun gedaante verslijten, elk uit zijn woning. " \\ [[commentaar:psalmen49-16|16 ]] "Maar God zal mijn ziel van het geweld des grafs verlossen, want Hij zal mij opnemen. Sela. " \\ [[commentaar:psalmen49-17|17 ]] "Vrees niet, wanneer een man rijk wordt, wanneer de eer van zijn huis groot wordt; " \\ [[commentaar:psalmen49-18|18 ]] "Want hij zal in zijn sterven niet met al medenemen, zijn eer zal hem niet nadalen. " \\ [[commentaar:psalmen49-19|19 ]] "Hoewel hij zijn ziel in zijn leven zegent, en zij u loven, omdat gij uzelven goed doet; " \\ [[commentaar:psalmen49-20|20 ]] "Zo zal zij toch komen tot het geslacht harer vaderen; tot in eeuwigheid zullen zij het licht niet zien. De mens, die in waarde is, en geen verstand heeft, wordt gelijk als de beesten, die vergaan. " ^ [[psalmen48| vorig hoofdstuk]] ^ [[psalmen50|volgend hoofdstuk]] ^ [[sv|Terug naar Bijbel index]] ^