^ [[sv|Terug naar Bijbel index]] ^ [[psalmen|Terug naar Boek index]] ^ ===== Psalmen 78 ===== \\ [[commentaar:psalmen78-1|1 ]] Een onderwijzing van Asaf. O mijn volk! neem mijn leer ter oren; neigt ulieder oor tot de redenen mijns monds. \\ [[commentaar:psalmen78-2|2 ]] "Ik zal mijn mond opendoen met spreuken; ik zal verborgenheden overvloediglijk uitstorten, van ouds her; " \\ [[commentaar:psalmen78-3|3 ]] "Die wij gehoord hebben en weten ze, en onze vaders ons verteld hebben. " \\ [[commentaar:psalmen78-4|4 ]] "Wij zullen het niet verbergen voor hun kinderen, voor het navolgende geslacht, vertellende de loffelijkheden des HEEREN, en Zijn sterkheid, en Zijn wonderen, die Hij gedaan heeft. " \\ [[commentaar:psalmen78-5|5 ]] "Want Hij heeft een getuigenis opgericht in Jakob, en een wet gesteld in Israel; die Hij onzen vaderen geboden heeft, dat zij ze hun kinderen zouden bekend maken; " \\ [[commentaar:psalmen78-6|6 ]] "Opdat het navolgende geslacht die weten zou, de kinderen, die geboren zouden worden; en zouden opstaan, en vertellen ze hun kinderen; " \\ [[commentaar:psalmen78-7|7 ]] "En dat zij hun hoop op God zouden stellen, en Gods daden niet vergeten, maar Zijn geboden bewaren; " \\ [[commentaar:psalmen78-8|8 ]] "En dat zij niet zouden worden gelijk hun vaders, een wederhorig en wederspannig geslacht; een geslacht, dat zijn hart niet richtte, en welks geest niet getrouw was met God. " \\ [[commentaar:psalmen78-9|9 ]] "(De kinderen van Efraim, gewapende boogschutters, keerden om ten dage des strijds.) " \\ [[commentaar:psalmen78-10|10 ]] "Zij hielden Gods verbond niet, en weigerden te wandelen in Zijn wet. " \\ [[commentaar:psalmen78-11|11 ]] "En zij vergaten Zijn daden, en Zijn wonderen, die Hij hun had doen zien. " \\ [[commentaar:psalmen78-12|12 ]] "Voor hun vaderen had Hij wonder gedaan, in Egypteland, in het veld van Zoan. " \\ [[commentaar:psalmen78-13|13 ]] "Hij kliefde de zee, en deed er hen doorgaan; en de wateren deed Hij staan als een hoop. " \\ [[commentaar:psalmen78-14|14 ]] "En Hij leidde hen des daags met een wolk, en den gansen nacht met een licht des vuurs. " \\ [[commentaar:psalmen78-15|15 ]] "Hij kliefde de rotsstenen in de woestijn, en drenkte hen overvloedig, als uit afgronden. " \\ [[commentaar:psalmen78-16|16 ]] "Want Hij bracht stromen voort uit de steenrots, en deed de wateren afdalen als rivieren. " \\ [[commentaar:psalmen78-17|17 ]] "Nog voeren zij wijders voort tegen Hem te zondigen, verbitterende den Allerhoogste in de dorre wildernis. " \\ [[commentaar:psalmen78-18|18 ]] "En zij verzochten God in hun hart, begerende spijs naar hun lust. " \\ [[commentaar:psalmen78-19|19 ]] "En zij spraken tegen God, zij zeiden: Zou God een tafel kunnen toerichten in de woestijn? " \\ [[commentaar:psalmen78-20|20 ]] "Ziet, Hij heeft den rotssteen geslagen, dat er wateren uitvloeiden, en beken overvloediglijk uitbraken, zou Hij ook brood kunnen geven? Zou Hij Zijn volke vlees toebereiden? " \\ [[commentaar:psalmen78-21|21 ]] "Daarom hoorde de HEERE, en werd verbolgen; en een vuur werd ontstoken tegen Jakob, en toorn ging ook op tegen Israel; " \\ [[commentaar:psalmen78-22|22 ]] "Omdat zij in God niet geloofden, en op Zijn heil niet vertrouwden. " \\ [[commentaar:psalmen78-23|23 ]] "Daar Hij den wolken van boven gebood, en de deuren des hemels opende; " \\ [[commentaar:psalmen78-24|24 ]] "En regende op hen het Man om te eten, en gaf hun hemels koren. " \\ [[commentaar:psalmen78-25|25 ]] Een iegelijk at het brood der Machtigen; Hij zond hun teerkost tot verzadiging. \\ [[commentaar:psalmen78-26|26 ]] "Hij dreef den oostenwind voort in den hemel, en voerde den zuidenwind aan door Zijn sterkte; " \\ [[commentaar:psalmen78-27|27 ]] "En regende op hen vlees als stof, en gevleugeld gevogelte als zand der zeeen; " \\ [[commentaar:psalmen78-28|28 ]] "En deed het vallen in het midden zijns legers, rondom zijn woningen. " \\ [[commentaar:psalmen78-29|29 ]] "Toen aten zij, en werden zeer zat; zodat Hij hun hun lust toebracht. " \\ [[commentaar:psalmen78-30|30 ]] "Zij waren nog niet vervreemd van hun lust; hun spijs was nog in hun mond, " \\ [[commentaar:psalmen78-31|31 ]] "Als Gods toorn tegen hen opging, dat Hij van hun vetsten doodde, en de uitgelezenen van Israel nedervelde. " \\ [[commentaar:psalmen78-32|32 ]] "Boven dit alles zondigden zij nog, en geloofden niet, door Zijn wonderen. " \\ [[commentaar:psalmen78-33|33 ]] "Dies deed Hij hun dagen vergaan in ijdelheid, en hun jaren in verschrikking. " \\ [[commentaar:psalmen78-34|34 ]] "Als Hij hen doodde, zo vraagden zij naar Hem, en keerden weder, en zochten God vroeg; " \\ [[commentaar:psalmen78-35|35 ]] "En gedachten, dat God hun Rotssteen was, en God, de Allerhoogste, hun Verlosser. " \\ [[commentaar:psalmen78-36|36 ]] "En zij vleiden Hem met hun mond, en logen Hem met hun tong. " \\ [[commentaar:psalmen78-37|37 ]] "Want hun hart was niet recht met Hem, en zij waren niet getrouw in Zijn verbond. " \\ [[commentaar:psalmen78-38|38 ]] "Doch Hij, barmhartig zijnde, verzoende de ongerechtigheid, en verdierf hen niet; maar wendde dikwijls Zijn toorn af, en wekte Zijn ganse grimmigheid niet op. " \\ [[commentaar:psalmen78-39|39 ]] "En Hij dacht, dat zij vlees waren, een wind, die henengaat en niet wederkeert. " \\ [[commentaar:psalmen78-40|40 ]] "Hoe dikwijls verbitterden zij Hem in de woestijn, deden Hem smart aan in de wildernis! " \\ [[commentaar:psalmen78-41|41 ]] "Want zij kwamen alweder, en verzochten God, en stelden den Heilige Israels een perk. " \\ [[commentaar:psalmen78-42|42 ]] "Zij dachten niet aan Zijn hand, aan den dag, toen Hij hen van den wederpartijder verloste; " \\ [[commentaar:psalmen78-43|43 ]] "Hoe Hij Zijn tekenen stelde in Egypte, en Zijn wonderheden in het veld van Zoan; " \\ [[commentaar:psalmen78-44|44 ]] "En hun vloeden in bloed veranderde, en hun stromen, opdat zij niet zouden drinken. " \\ [[commentaar:psalmen78-45|45 ]] "Hij zond een vermenging van ongedierte onder hen, dat hen verteerde, en vorsen, die hen verdierven. " \\ [[commentaar:psalmen78-46|46 ]] "En Hij gaf hun gewas den kruidworm, en hun arbeid den sprinkhaan. " \\ [[commentaar:psalmen78-47|47 ]] "Hij doodde hun wijnstok door den hagel, en hun wilde vijgebomen door vurigen hagelsteen. " \\ [[commentaar:psalmen78-48|48 ]] "Ook gaf Hij hun vee den hagel over, en hun beesten aan de vurige kolen. " \\ [[commentaar:psalmen78-49|49 ]] "Hij zond onder hen de hittigheid Zijns toorns, verbolgenheid, en verstoordheid, en benauwdheid, met uitzending der boden van veel kwaads. " \\ [[commentaar:psalmen78-50|50 ]] Hij woog een pad voor Zijn toorn; Hij onttrok hun ziel niet van den dood; en hun gedierte gaf Hij aan de pestilentie over. \\ [[commentaar:psalmen78-51|51 ]] "En Hij sloeg al het eerstgeborene in Egypte, het beginsel der krachten in de tenten van Cham. " \\ [[commentaar:psalmen78-52|52 ]] "En Hij voerde Zijn volk als schapen, en leidde hen, als een kudde, in de woestijn. " \\ [[commentaar:psalmen78-53|53 ]] "Ja, Hij leidde hen zeker, zodat zij niet vreesden; want de zee had hun vijanden overdekt. " \\ [[commentaar:psalmen78-54|54 ]] "En Hij bracht hen tot de landpale Zijner heiligheid, tot dezen berg, dien Zijn rechterhand verkregen heeft. " \\ [[commentaar:psalmen78-55|55 ]] "En Hij verdreef voor hun aangezicht de heidenen, en deed hen vallen in het snoer hunner erfenis, en deed de stammen Israels in hun tenten wonen. " \\ [[commentaar:psalmen78-56|56 ]] "Maar zij verzochten en verbitterden God, den Allerhoogste, en onderhielden Zijn getuigenissen niet. " \\ [[commentaar:psalmen78-57|57 ]] "En zij weken terug, en handelden trouwelooslijk, gelijk hun vaders; zij zijn omgekeerd, als een bedriegelijke boog. " \\ [[commentaar:psalmen78-58|58 ]] "En zij verwekten Hem tot toorn door hun hoogten, en verwekten Hem tot ijver door hun gesneden beelden. " \\ [[commentaar:psalmen78-59|59 ]] "God hoorde het en werd verbolgen, en versmaadde Israel zeer. " \\ [[commentaar:psalmen78-60|60 ]] "Dies verliet Hij den tabernakel te Silo, de tent, die Hij tot een woning gesteld had onder de mensen. " \\ [[commentaar:psalmen78-61|61 ]] "En Hij gaf Zijn sterkte in de gevangenis, en Zijn heerlijkheid in de hand des wederpartijders. " \\ [[commentaar:psalmen78-62|62 ]] "En Hij leverde Zijn volk over ten zwaarde, en werd verbolgen tegen Zijn erfenis. " \\ [[commentaar:psalmen78-63|63 ]] "Het vuur verteerde hun jongelingen, en hun jonge dochters werden niet geprezen. " \\ [[commentaar:psalmen78-64|64 ]] "Hun priesters vielen door het zwaard, en hun weduwen weenden niet. " \\ [[commentaar:psalmen78-65|65 ]] "Toen ontwaakte de Heere, als een slapende, als een held, die juicht van den wijn. " \\ [[commentaar:psalmen78-66|66 ]] En Hij sloeg Zijn wederpartijders aan het achterste; Hij deed hun eeuwige smaadheid aan. \\ [[commentaar:psalmen78-67|67 ]] "Doch Hij verwierp de tent van Jozef, en den stam van Efraim verkoos Hij niet. " \\ [[commentaar:psalmen78-68|68 ]] "Maar Hij verkoos den stam van Juda, den berg Sion, dien Hij liefhad. " \\ [[commentaar:psalmen78-69|69 ]] "En Hij bouwde Zijn heiligdom als hoogten, als de aarde, die Hij gegrond heeft in eeuwigheid. " \\ [[commentaar:psalmen78-70|70 ]] "En Hij verkoos Zijn knecht David, en nam hem van de schaapskooien; " \\ [[commentaar:psalmen78-71|71 ]] "Van achter de zogende schapen deed Hij hem komen, om te weiden Jakob, Zijn volk, en Israel, Zijn erfenis. " \\ [[commentaar:psalmen78-72|72 ]] "Ook heeft hij hen geweid naar de oprechtheid zijns harten, en heeft hen geleid met een zeer verstandig beleid zijner handen. " ^ [[psalmen77| vorig hoofdstuk]] ^ [[psalmen79|volgend hoofdstuk]] ^ [[sv|Terug naar Bijbel index]] ^