Terug naar Bijbel index Terug naar Boek index

Psalmen 121


1 “Een lied Hammaaloth. Ik hef mijn ogen op naar de bergen, van waar mijn hulp komen zal. ”
2 “Mijn hulp is van den HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft. ”
3 Hij zal uw voet niet laten wankelen; uw Bewaarder zal niet sluimeren.
4 “Ziet, de Bewaarder Israels zal niet sluimeren, noch slapen. ”
5 “De HEERE is uw Bewaarder, de HEERE is uw Schaduw, aan uw rechterhand. ”
6 “De zon zal u des daags niet steken, noch de maan des nachts. ”
7 De HEERE zal u bewaren van alle kwaad; uw ziel zal Hij bewaren.
8 “De HEERE zal uw uitgang en uw ingang bewaren, van nu aan tot in der eeuwigheid. ”