27 Dan zult gij zeggen: Het is een Paasoffer voor de Here, die in Egypte aan de huizen der Israelieten voorbijging, toen Hij de Egyptenaren sloeg, maar onze huizen spaarde. Toen knielde het volk en boog zich neer.
Paasoffer ⇒ H2077, zeh'-bakh
a slaughter, the flesh of an animal, a sacrifice
Word Origin: From the root verb זָבַח (zabach), meaning “to slaughter” or “to sacrifice.”